
Putter
Latijnse naam: Carduelis carduelis
Herkenning: Relatief slanke vink met een kenmerkende rode koptekening, omlijst met een brede witte band en een zwart achterhoofd. Over de zwarte vleugels loopt in de lengte een brede gele band. Het verenkleed is lichtbruin op de rug en de flanken, wit op de onderzijde en zwart op de staart.
Spanwijdte: 21 tot 25 centimeter
Geslachtsonderscheid: Mannetjes hebben een gezichtsmasker tot voorbij het oog, vrouwtjes tot halverwege het oog. De teugelstreep en schouders van het mannetje zijn diepzwart, maar die van het vrouwtje zijn lichter gekleurd. Het mannetje heeft bovendien een iets grotere snavel en smallere grijze toppen aan de kleine vleugeldekveren. In het zomerkleed zijn het gezichtsmasker en de gele vleugelstrepen van het mannetje feller gekleurd dan bij het vrouwtje.
Migrerend: Nee, jaarrond in Nederland
Gedrag: Sociale vogel die in groepsverband leeft.
Planten: Distel, Kaardenbol, Paardenbloem, grassen.
Eten: Kleine zaden, bessen, bloemknoppen, kleine insecten.